Prijsplafond 2023, hoe werkt het?
Om huishoudens te compenseren voor de hoge energiekosten is per 1 januari 2023 het prijsplafond ingegaan. Met het prijsplafond betaal je, tot een bepaald maximum hoeveelheid elektriciteit en- of gas verbruik, een maximaal tarief. Is het tarief wat jouw energieleverancier in rekening brengt hoger dan betaald de overheid het verschil. Op deze manier wordt geprobeerd de energiekosten voor een gemiddeld huishouden te beperken tot het niveau van eind 2021
Maximaal gecompenseerd verbruik
Voor de compensatie gaat De overheid gaat uit van een gemiddeld jaar verbruik per huishouden van 1200m3 gas en 2900kWh elektriciteit. Als er wordt verwarmd met stadswarmte dan geldt daarvoor een maximaal verbruik van 37 GJ.
Voor het verbruik wat onder deze grenzen valt betaal je maximaal €0,40 per kWh elektriciteit en €1,45 per m3 gas of €47,38 per GJ voor stadswarmte. Deze tarieven zijn inclusief de energiebelasting en BTW.
Zijn de tarieven van jouw energieleverancier lager? Dan betaal je het lagere tarief.
Kom je over de grenzen van het energieplafond? Dan betaal je over het deel wat je over het plafond komt het normale tarief zonder compensatie.
Voorlopig geldt het prijsplafond alleen voor 2023. Het is nog onzeker of er na 2023 een vervolg komt.
Hoe wordt de compensatie berekend?
De energieleveranciers gaan de gecompenseerde tarieven verrekenen op de jaar- of tussentijdse, afrekening van de klant. Omdat de meeste mensen geen afrekening hebben die lopen van precies 1 januari tot 1 januari, moet de leverancier weten hoeveel verbruik er in de afreken periode onder het tarief valt. Zou je bijvoorbeeld gedurende het jaar overstappen naar een andere leverancier dan moeten beide leveranciers weten tot welk verbruik zij de compensatie mogen rekenen.
Om dit geruisloos te laten verlopen heeft de overheid een tabel opgesteld met gemiddelde verbruiken per dag om te komen tot de grens waarop de compensatie van toepassing is. Omdat het verbruik over het jaar verschilt (in de winter wordt immers normaal gesproken meer gas gebruikt voor verwarming), verschilt de grens ook per dag.
Voor de eenvoud hebben we hieronder aangegeven hoeveel de verbruiksgrenzen per maand zijn;
Maand | Gas in m3 | Elektriciteit in kWh |
---|---|---|
Januari | 221 | 340 |
Februari | 188 | 280 |
Maart | 159 | 268 |
April | 86 | 207 |
Mei | 35 | 181 |
Juni | 19 | 159 |
Juli | 17 | 161 |
Augustus | 17 | 176 |
September | 24 | 199 |
Oktober | 81 | 267 |
November | 147 | 306 |
December | 206 | 356 |
1200 | 2900 |
Een belangrijke beperking hierbij is dat er geen verbruik kan worden overgedragen tussen 2 afrekeningen. Zo is in de eerste 4 maanden de grens voor gas 654m3, over de rest van het jaar is dat 546m3, totaal dus 1200m3.
Word je op 1 mei afgerekend dan is het maximale gas verbruik wat onder het prijsplafond valt dus 654m3. Heb je slechts 500m3 gebruikt dan mag je het verschil van 154m3 niet meenemen naar het tweede deel van het jaar. Gebruik je daar bijvoorbeeld 600m3 dan valt slechts 546m3 onder het prijsplafond en betaal je voor de overige 54m3 het volledige tarief. Dit terwijl het totaal verbruik in 2023 maar 500m3 + 600m3 = 1100m3 is en dus lager is dan de grens van 1200m3 van het prijsplafond.
Zonnepanelen
Als je zonnepanelen hebt kan het slim zijn om te kijken of het afrekenmoment van jouw energieleverancier wel het voordeligst is. Valt het afrekenmoment direct na de zomer dan kun je een eventueel overschot van terug geleverde elektriciteit niet verrekenen met het verbruik in het laatste deel van het jaar. Zo zou het dan kunnen gebeuren dat je in het laatste deel van het jaar voor elektriciteit boven de grenzen van het prijsplafond uitkomt terwijl je over het volledige jaar daar, na verrekening van terug geleverde elektriciteit, daar onder blijft.
Het kan in dat geval voordelig zijn om voor de zomer over te stappen na een andere leverancier zodat het overschot aan opgewekte elektriciteit nog tot 1 januari 2024 kan worden verrekend.